donderdag 30 september 2010

Wie zegt dat een keuze maken makkelijk is?

Tekst gemaakt voor e-office:

Een keuze is pas een keuze als je hem maakt. En een goede keuze maken is ontzettend moeilijk. Want op het moment dat je een keuze maakt zet je energie in beweging die niet meer te stoppen is. Besef ook dat een keuze geen beperking is, maar een herschikking van prioriteiten. Ik hoor vaak van “Ja maar als ik dat kies, dan kan ik dat andere niet meer doen.” Ik ben het daar niet mee eens. Kies je voor topsport bijvoorbeeld, dan zul je onder andere concessies moeten doen op het sociale vlak. Dit betekent niet dat een keer stappen of een biertje drinken in de kroeg niet meer kan. Nee, het betekent vooral dat het niet meer altijd op vrijdag of zaterdag kan en dat je bijvoorbeeld om 23.00 weer huiswaarts moet, met het oog op de volgende trainingsdag. Het betekent ook dat jouw vrienden zich misschien een keer aan jou moeten aanpassen door bijvoorbeeld een keer op woensdag af te spreken. Het maken van een keuze is dus niet jezelf een beperking opleggen, maar het herschikken van prioriteiten.

Ik heb de keuze gemaakt om een verdomd goede schaatscoach te worden. Ik stel me dagelijks fulltime beschikbaar voor minder dan het minimum loon per maand. Dit is niet genoeg om binnenkort een huis te kopen, wat wel één van mijn prioriteiten is dit jaar. Het gevolg is dat ik naast het coachen nog zo’n 20 uur extra werk om een toekomstig huis te kunnen bekostigen. Oorzaak en gevolg, keuze en consequentie.

Deze week kwam ik tot de conclusie dat ik niet meer geheel in lijn met mijn coachkeuze leef. Inkomsten, potentieel winstgevende ideeën, andere afleidingen, hadden mijn dagelijkse leven in beslag genomen. Het coachen deed ik er nog fulltime naast, maar ik merkte dat ik langzaam van mijn pad was afgeraakt. Gelukkig loop ik mezelf gewoon vast als ik niet meer datgene doe waar ik blij van wordt. Dan moet ik mezelf er weer even aan herinneren met bijvoorbeeld een gezonde dosis shorttrackfilmpjes, coachboeken en een paar heerlijke trainingen. Zo blijkt maar weer eens dat de focus waar ik als actief sporter al moeite mee had, nog steeds lastig is voor mij om vast te houden. Ik dwaal nog weleens af, maar ik ga het afdwalen wel steeds sneller herkennen.

Conclusie. Het maken van een keuze en er naar leven is nog niet zo’n gemakkelijke opgave. Er komen 3 C’s bij kijken: Commitment, Consequences en Consistency. Als je een keuze maakt ga je een Commitment aan. Daar hangen Consequenties aan die je moet aanvaarden. Tenslotte moet je iedere dag Consistent, in lijn met je keuze, handelen om je doel te bereiken. Ontbreekt één van de drie C’s bij het maken of de uitvoer van een keuze, dan zul je hoogstwaarschijnlijk je doel niet bereiken.

Een goede manier om je doelen scherp te krijgen en er passende keuzes bij te formuleren is het maken van een DOS* (Definition Of Success).  Hierin schrijf je grofweg wat je kan, wat je wil en hoe je dat stap voor stap gaat bereiken. Mijn tip zou zijn om er ook bij te zetten wat je perse niet wil, wat je valkuilen zijn en hoe anderen dat kunnen herkennen en je erop kunnen attenderen. Met een persoonlijke coach kun je jouw persoonlijke DOS-traject evalueren en bijsturen. Bij e-office maakt bijna iedereen een DOS. 

vrijdag 24 september 2010

Is de coach in vorm?

Tekst gemaakt voor e-office:

Pieter van den Hoogenband heb ik eens horen vertellen, dat ten tijde van zijn Olympische finales in Sydney en Athene, zijn coach Jacco Verhaeren ook in topvorm was. Niet alleen mentaal was Jacco op en top, maar ook fysiek zorgde hij dat hij net als Pieter, op het moment suprême, de Olympische Spelen, zijn beste prestatie ooit zou neerzetten. Hij lag dan ook dagelijks in het water om in vorm te blijven en te komen. Een top fitte coach, naast een top fitte zwemmer betekent een zekere win-win situatie, een 1+1=3 verhouding. Gek eigenlijk dat ik in het bedrijfsleven veel zelfbenoemde topcoaches zie rondlopen met overwicht, zwaar rokend en tot over hun oren in het werk. Ik geef toe, in de sport, is het merendeel van de coaches ook niet bewust meer bezig met hun eigen vorm of peak performance, maar toch.

Het meest opvallende vind ik nog en ik maak me er zelf ook nog af en toe schuldig aan, is dat een coach een ander adviseert, maar zelf volledig het tegenovergestelde doet. Hoe kun je iemand coachen als je zelf niet het goede voorbeeld geeft. Ik vind dus dat een goede coach zijn eigen programma doorleeft moet hebben. Hij moet weten wat het is om die fouten te maken, die hij bij andere signaleert. Hij moet weten hoe het voelt om door een coach bekritiseerd te worden. Hij moet verlies hebben ervaren om het over winst te kunnen hebben. Kortom, een coach moet zelfkennis hebben, fysiek en mentaal in vorm zijn en zijn piekprestaties kunnen afstemmen, synchroniseren met de piekprestaties van zijn pupillen.

Hoe kun je dat doen? Ten eerste, maak tijd in je agenda vrij om zelf een aantal keer per week te sporten. Ten tweede, zorg ervoor dat je altijd wat ruimte in je agenda overhoudt om flexibel mee om te gaan en probeer tot slot richting een peak performance zelf ook wat te gaan ‘taperen’. Taperen is een sportterm die gebruikt wordt door sporters en sportcoaches voor de periode richting een wedstrijd. De tijd per training neemt in zo’n periode af, terwijl de intensiteit en de kwaliteit toeneemt. Veel korte explosieve trainingen, in plaats van vermoeiende lange duurtrainingen. Kortom sporters gaan langzaam herstellen, raken uitgerust en komen in vorm. Een coach kan hetzelfde doen door zijn agenda zo in te richten dat hij richting de belangrijke ‘wedstrijd’ of coachmeeting van zijn coachee(s), zelf ook uitgerust aan de start komt. Immers een frisse coach is vol energie, is creatief, zelf helemaal in balans en kan vanuit die basis zichzelf helemaal in dienst stellen van de ander.

Alleen als je handelt in lijn met wie je bent en wat je doet, als je je ego opzij zet in dienst van de ander, dan ben je de titel (top)coach waardig.

maandag 20 september 2010

Niet denken maar doen!


 
Tekst gemaakt voor e-office:
Een van de verschillen tussen een topper en een tobber en een leider en een volger is de comfortzone. En met name de manier waarmee ze ermee omgaan. De comfortzone is een ruimte waarin je je prettig en veilig voelt. Jouw eigen comfortzone is als het ware jouw eigen coconnetje, waarin je alles kent en alles kunt controleren. Heerlijk save en vertrouwd dus!

Jouw comfortzone is de basis van waaruit je al vanaf jongs af aan de wereld verkend. Maar zo’n verkenning is vaak meer het meegroeien van je coconnetje dan dat je werkelijk buiten je comfortzone treed. De mensen die dat wel doen bewonderen we vaak om hun durf, hun leiderschap, hun unieke sportprestaties, etc. We genieten van dergelijke prestaties, maar praten onszelf in dat iets dergelijks voor ons veel te hoog gegrepen is, want…. Dan komen de excuses. 


Weleens een goed idee gehad? Het eerste uur, de eerste dag, de eerste week was je vol vuur en enthousiasme. Vervolgens vertelde je er anderen over en begon het idee af te brokkelen. Anderen kwamen met argumenten waarom het niet zou werken of waarom je het niet zou moeten doen. Zelf vulde je dat in je eigen hoofd aan, om vervolgens het hele idee, in potentie misschien geniaal, overboord te gooien. Kortom, alles wat nieuw, anders, een tikkeltje risicovol is, dat schuiven we snel weer opzij. We focussen ons dan snel weer op onze eigen vertrouwde belevingswereld. Daar voelen we ons prettig. En het ‘grappige’ is dat zo’n belevingswereld vaak gevuld is met gelijkgestemden en gelijkdenkenden. Een grensoverschrijdend idee, een risicovolle onderneming, een droom. Deze verdwijnen als sneeuw voor de zon als je ze openlijk uitspreekt in jouw eigen vertrouwde kringetje. Het is maar weinigen gegeven…, nee anders, het is iedereen gegeven, maar weinigen doen er iets mee, om met lef en durf buiten hun comfortzone te treden, om gewoon te doen, wat ze instinctief voelen dat ze moeten doen. Niet denken maar doen.

Nu weer terug naar die topper, tobber, leider en volger. Toppers en leiders zijn alleen op die posities terecht gekomen door veelvuldig dingen te doen, die eigenlijk niet zo prettig voelen. Het is zoals je geluk niet kan ervaren zonder ongeluk, zo snappen de ‘groten’ van deze aarde dat je soms gevoelens als angst, twijfel, verdriet, schuld, moet voelen om verder te komen en om de tegenovergestelde emotie te kunnen ervaren. Neem mijn roots: Topsport. Topsport is alleen maar mogelijk als je bijna iedere dag opnieuw buiten je comfortzone treed. Sterker nog, het hele principe van supercompensatie is gebaseerd op het een klein beetje kapot maken van je spieren, conditie, mentale kracht, etc., zodat ze supercompenseren tot een sterkere variant van zichzelf. Simpel en logisch dus -  dat is topsport in zijn pure vorm. En hoe werkt supercompensatie in het bedrijfsleven dan? Precies hetzelfde. Probeer iedere dag iets te doen wat je nog nooit eerder hebt gedaan. Alleen dan blijf je scherp, prikkel je jezelf en je collega’s en alleen dan wordt je elke dag een beetje beter.

Probeer het eens uit en laat in een reactie weten hoe je het hebt ervaren.